Misschien ben ik een ‘ouwe zak’, iemand die niet altijd even flexibel meebeweegt met nieuwe ontwikkelingen, maar één trend baart mij toch enige zorg: Artificial Intellegence (AI). Kunstmatig, het woord zegt het al.
Superhandig
Ik weet het, AI kan superhandig zijn, vooral wanneer je studeert en in één schooljaar tien boekverslagen moet inleveren. Tien (!) boeken lezen en er iets zinnigs over schrijven; daar heb je als jongere geen tijd voor joh. Dus laat je Chat GPT een samenvatting schrijven over ‘Het huis van de dichter’, een prachtige maar lange roman van Jan Brokken. Binnen enkele minuten heb je een ronkend verslag voor je neus.
Frustrerender wordt het bij ‘slimme’ chatboxen op websites die automatisch ‘het juiste antwoord’ geven op al je vragen. Chats, die je uiteindelijk doorverwijzen naar veelgestelde vragen op een website, vervangen de persoonlijke klantenservice, waarvan de nummers inmiddels zo diep verborgen zitten dat deze onvindbaar zijn. Weg menselijk contact. De jeugd appt tegenwoordig met een robot. De scheidslijn tussen wat een ‘echt’ vriendje is of kunstmatige kameraadschap vervaagt. En wat wordt er precies van dat ‘gesprek’ opgeslagen en zonder medeweten gebruikt voor het doen van gepersonaliseerde aanbiedingen zonder dat je je daar als puber van bewust bent?
Menselijk contact
Niks voor mij, deze kunstmatige ontwikkelingen. Ik geef de voorkeur aan menselijk contact, het persoonlijke. Daarom vind ik boodschappen doen op de markt ook veel leuker dan shoppen in een supermarkt of webshop. Ik geef toe: ook ambulante handelaren kennen inmiddels mijn persoonlijke voorkeuren. De kaasboer grijpt naar mijn favoriete manchego zodra hij mij ziet aankomen. De vishandelaar rolt de extra dikke paling alvast in een krant. Bij de vrouw van de kruiden liggen mijn favoriete specerijen al te wachten in een samengesteld pakketje, want ze weet dat ik die dag kom. Allen hebben ze mijn voorliefde in hun brein opgeslagen. Is dit dan niet hetzelfde dan? Nee, er is één groot verschil: als de ambulante handelaar iets persoonlijks van mij weet, deelt hij dat hooguit thuis met zijn vrouw, en gebruikt hij het vooral in mijn voordeel. Hij deelt het (al dan niet tegen betaling) niet met anderen. Dát is een vorm van persoonlijke aandacht waar ik wèl vrolijk van word.
Peter de Wit
Redacteur Marktvisie