Pagina 12 van: Marktvisie Maart – 3-2016

NR 3 | MAART 201612
Marktvraag
houder moet er ook nog wat aan verdie-
nen. Dan kun je op een gegeven moment
beter zeggen: “het is mooi geweest”. Het
gaat er ook om dat onze standhouders wat
centjes verdienen, zodat zij hun kachel in
de winter ook kunnen stoken.’
En is dat nu nog steeds zo of zit
ten jullie nu door het hele land
heen?
Heleen: ‘We zitten nu door het hele land
heen. Alleen zitten we niet in Limburg of
in Groningen en Friesland. We zitten zeg
maar tot anderhalf uur rijden van Leiden
af.’
Wat maakt Thib anders dan an
dere organisatiebureaus?
Theo: ‘De branchebescherming. We willen
geen braderieën met twintig kramen kle-
ding en tien met telefoonhoesjes. Van ie-
dere branche willen er maximaal twee en
soms maar een. Anders verdient er nie-
mand meer wat. Ze verklaren ons wel
eens voor gek, omdat we zo geld mislopen.
Maar zo en om die reden zijn we er 22 jaar
geleden mee begonnen en dat willen we
toch zo lang mogelijk vast houden.’
Levert dat wel eens vervelende
reacties op?
Theo: ‘Ja, we hadden laatst nog iemand die
dekbedden verkocht. Daar hebben we ech-
ter met Marja al een heel goede voor. Hij
vond dat er best nog een tweede bij kon.
Maar het moet niet zo zijn dat standhou-
ders ons beleid gaan bepalen. Wij willen
alleen maar markten organiseren waar wij
honderd procent achter kunnen gaan
staan.’
Waar moet een goede markt aan
voldoen?
Theo en Heleen: ‘Het gaat er ons om dat
de winkeliersvereniging en de standhou-
ders tevreden zijn. Als dat zo is, zijn wij
ook pas tevreden. Het gaat ons niet puur
om het geld verdienen. Het gaat ons om
het product dat wij leveren. Als iemand
zelfgemaakte cakecups verkoopt en ie-
mand komt daarvoor terug omdat hij ze
lekker vindt, dan heb je je doel bereikt. Je
hebt je geld verdiend en je klant is tevre-
den. Die waardering missen wij zelf wel
eens. Als het slecht gaat komen standhou-
ders bij je klagen. Maar als het goed gaat,
hoor je ze niet. Daar hebben wij ons in de
tijd wel tegen gehard. Wij zien zelf wel of
een bepaalde braderie goed is gegaan. En
als dat zo is, geven we ons zelf een schou-
derklopje.’
Zijn er niet te veel markten in
Nederland?
Heleen: ‘Dat vind ik een hele moeilijke
vraag. En daar kan ik eigenlijk niet zo veel
mee. Wie bepaalt dat? Wat is teveel en wat
is niet teveel.’
Is jullie vak erg veranderd in de
afgelopen jaren?
Theo: ‘Het is grimmiger geworden. Het zijn
door de crisis ook zware jaren geweest
voor de winkeliers de standhouders en de
organisatoren. Maar als de standhouders
veranderen, veranderen wij gewoon mee.’
Roland Klaverstijn, oprichter
van Marktvisie, wilde graag een
keurmerk voor de organisatie
bureaus. Hoe sta je daar nu
tegenover?
Heleen: ‘Ik zou het graag willen, maar dat
komt nooit van de grond. Want wat is dan
goed en wie bepaalt dat. Is een braderie
met 200 kramen goed, en een van 40 kra-
men? Die grens is niet te trekken.’
Letten jullie ook op de verkoop
van namaakspullen en dergelijke?
Theo: ‘Ja, als wij het constateren worden
handelaren daar mee van de markt ge-
weerd.’
Hoe gaat het met de verschillende
markten? Hebben zij het zwaar?
De winkelcentra lopen ook leeg…
Heleen: ‘De winkels hebben last van de on-
line verkoop en van de hoge huurprijzen.’
Theo: ‘Het voordeel van een braderie is dat
mensen daar impulsief aankopen doen. Je
‘Geen problemen met lastige vragen’
Op de foto’s bij dit artikel neemt Theo van Egmond samen met medewerkster Marja van der Broek de honneurs waar op een braderie in Naaldwijk.
10-11-12-13_marktvraag.indd 12 17-02-16 16:41