Pagina 12 van: Marktvisie Mei 5-2015

NR 5 | MEI 201512
column
Zelfgenoegzaam.
Hoe ik ook mijn uiterste best doe, zo af en toe gaat het fout.
Maandenlang kan ik het bestaan van de Centrale Vereniging
voor de Ambulante Handel (kortweg CVAH) negeren en zelfs
compleet vergeten. Het liefst zou ik dat ook zo houden, maar ze
laten me niet met rust. Zit je ’s ochtends rustig aan het ontbijt,
sla je de krant open en dan slaat het paginagroot toe. Beng! Zo
recht in het gezicht.
De CVAH vindt dat de markt op de schop moet. Je denkt nog even, ‘’ik ga dit niet lezen’’ maar ja, je bent ook maar een
mens. Dus je leest, zet nog een kop koffie, leest het artikel de
tweede keer en dan weet je het weer. Die CVAH strijkt door zijn
grenzeloze zelfgenoegzaamheid ook deze keer weer ongenadig
tegen je haren in. Om het eigen gelijk te bewijzen wordt er een
partij onzin uitgekraamd die stuitend is. Neem deze. De woord-
voerder van de CVAH wijst er op dat de markten 8oo groenteboe-
ren en 8oo visboeren telt, die samen groter zijn dan Albert Heijn.
Helaas zijn het individuele ondernemers die geen eenduidig ge-
luid hebben. Hadden ze dat wel dan bliezen ze iedereen van tafel.
Het klinkt leuk, maar slaat als de bekende tang op een varken. Al-
bert Heijn heeft ruim 850 vestigingen in Nederland, dus alleen de
verenigde groenteboeren zijn in dat geval al bijna in staat om
deze concurrent te liquideren. Als de tot eenhapscracker ver-
smolten visboeren dan ook nog 800 andere supermarkten voor
hun rekening nemen, blijf ik alsnog met een gigantisch overschot
zitten. Ons landje heeft namelijk zo’n 4300 grootgrutters en als ik
een klein sommetje maak, dan hou ik er nog steeds 2700 over die
van tafel geblazen moeten worden. De simpele feiten wijzen uit
dat iedereen wegblazen een kulverhaal is.
‘Is het wel de moeite waard om
me er druk over te maken? Ja!’
Uiteraard kwam ook het paradepaardje weer opdraven. Weg met
de marktmeester, leve de marktmanager! Want de redding van
ambulant Nederland ligt exclusief in de handen van een aan te
stellen bedrijfsleider, die verstand heeft van bedrijfskunde, mar-
keting en promotie. Zo iemand die je ook in grootwinkelbedrijven
ziet. Ik voeg daar voor alle duidelijkheid even aan toe dat de ei-
genschappen van een manager zijn dat hij binnen een bedrijf de
zorg draagt voor het plannen, organiseren, leidinggeven en con-
troleren. Het is wonderlijk. Steeds meer blijkt dat de ellende in
ondermeer de zorginstellingen, de bankwereld en de grootwin-
kelbedrijven veroorzaakt is door volledig doorgeschoten manage-
ment, maar die wetenschap is bij de CVAH blijkbaar nog niet
doorgedrongen. Trouwens, ik mis de uitleg welk bedrijf er precies
gemanaged moet worden. Een ding staat namelijk buiten kijf. Het
mijne krijgen ze daar niet voor.
Elizabath Selter, pseudo-
niem voor Diny van der
Voort, schrijft al jaren een
column voor Marktvisie.
Dwars, analytisch, met een
groot ontwikkeld rechtvaar-
digheidsgevoel en met een
scherpe pen, stelt zij alles
aan de kaak wat haar op-
valt, verbaast of ergert. Diny
is in de eerste plaats een
koopvrouw op de markt die
daar haar sporen ruim-
schoots heeft verdiend.
Ik had het krantenartikel amper verwerkt of door mijn brieven-
bus gleed ongevraagd en ongewenst de Koopman, het lijfblad van
de CVAH. Ook dit heb ik gelezen en ook hier werd ik getroffen
door het zelfgenoegzame karakter van sommige artikelen. De aan
het blad verbonden marketing specialist stak een grote waar-
schuwende vinger op. De tijd van aanklooien en afwachten is nu
echt voorgoed voorbij, want anders gaat de markt dezelfde weg
op als de grootwinkelbedrijven. Om dat te voorkomen deelde hij
aan mij als ondernemer enige adviezen uit, die hij bestempelde
als ‘’blijmakers’’. Ik vrees dat ik er alleen maar heel obstinaat van
werd. Ik kan namelijk niet zo goed tegen idiote teksten als de vol-
gende. ‘’Klanten willen hun leven vergemakkelijken. Maak als on-
dernemer duidelijke beloftes die hierop inspelen. Je verkoopt
geen producten maar oplossingen en suggesties.’’ Stel nou dat je
behoort tot een van die 800 groente- of visboeren en leg mij dan
eens met droge ogen uit hoe die ondernemers een pond spruiten
of een haring moeten verkopen. Gaat dat zo van, ‘’Ach mevrouw
de Wit, wat ontzettend naar dat uw man vreemd gaat, maar
kookt u nou lekker spruitjes vanavond, dan komt alles weer
goed.’’ Bij die onzin denk je toch, joh, ga eens lekker een rondje
fietsen.
Toch overkomt het me elke keer weer. Zodra ik een aanval lan-
ceer op de CVAH, vraag ik me af of het wel de moeite waard is me
er druk over te maken. En telkens weer volgt er een hartgrondig
‘’ja’’. Ik kan maar niet inzien waar de CVAH de democratische le-
gitimiteit op baseert om overal en altijd maar weer te spreken uit
naam van alle kooplieden, terwijl nog geen kwart van ons lid is
van die vereniging. l
12_columnelizabeth.indd 12 21-04-15 12:24