Pagina 9 van: Marktvisie nr. 12 – 2019

mARKTVISIe 9
vijf jaar, terwijl de naastliggende ge-
meente vergunningen kan verstrekken
voor vijftien jaar.”
Vanuit de zaal oppert een marktkoopman
om net als de boeren te gaan protesteren
op het Malieveld in Den Haag. Bleeker-
Steenstra maakt korte metten met dat
plan. “Nogmaals. Den Haag gaat wel over
de stikstofregeling, maar niet over het ver-
lenen van schaarse vergunningen. Dus dat
zal verspilde moeite zijn.”
VNG
De VNG – Vereniging Nederlandse Ge-
meenten – lijkt daarom de aangewezen
partij om bij te lobbyen. De CVAH probeert
bij die instantie ook een voet tussen de
deur te krijgen, omdat ’tachtig procent van
de gemeenten het advies van de VNG zal
opvolgen’, aldus Achterhuis. Bleeker-
Steenstra: “Maar de VNG is een ongeloof-
lijk stugge partij. Ze laten ons niet toe
tijdens vergaderingen en ze benaderen het
verhaal zuiver juridisch en uiterst voor-
zichtig. We proberen zo vaak mogelijk met
ze in gesprek te komen, maar het is een
opgave om met deze partij tot concrete
oplossingen te komen.”
Wat gaat er nu gebeuren?
Bleeker-Steenstra: “Heel moeilijk te zeg-
gen. We verwachten een gemengd beeld in
het land. Het beleid zal zich echt moeten
ontwikkelen. In de ene gemeente waar je
staat, kun je zo een vergunning voor vijf-
tien jaar krijgen, terwijl dat in een andere
gemeente maximaal vijf jaar is. Er zullen
gemeenten zijn die de huidige vergunnin-
gen voor onbepaalde tijd tijdelijk zullen
respecteren, terwijl andere gemeenten die
vergunningen in gaan trekken. Gemeenten
zijn duidelijk nog op zoek naar een manier
hoe met deze regelgeving om te gaan. Er
zullen nog heel wat rechtszaken komen,
verwachten wij. Want het ontbreekt aan
jurisprudentie.”
Wat kan de CVAH hierin beteke-
nen?
Bleeker-Steenstra: “We hebben zoals jullie
weten een onafhankelijk rapport over de
Gemeenten ook niet blij met veranderde beleid
Gemeenten zitten ook niet te wachten op het veranderde beleid, stelt de CVAH. Ze
moeten namelijk alles omtrent de vergunningen veel nauwgezetter gaan bijhouden
en nieuw beleid ontwikkelen. Ze krijgen dus heel wat extra werk voor de kiezen. In
Almere heeft de CVAH de gemeente kunnen overtuigen om de vergunningen voor-
alsnog voor onbepaalde tijd te blijven verstrekken. Almere stelt dat: “De jurispru-
dentie uitsluitsel zal moeten geven over de vraag of dit mogelijk blijft. Verder dient
wanneer de vraag naar standplaatsen het aanbod structureel gaat overtreffen – en
de vergunning daardoor in economische zin schaars wordt – de regelgeving te wor-
den aangepast.”
E
De gehuurde zaal in Van der Valk Zwolle zat bomvol.
vergunningen zijn van toepassing op
marktpleinen, omdat de pleinen in afme-
ting kunnen worden aangepast, oftewel
kleiner gemaakt. Vandaar dat de ambu-
lante handel ook met de gevolgen van
deze uitspraak te maken heeft. Voor
marktondernemers met een vaste stand-
plaats brengt dit grote onzekerheid met
zich mee. Geen vergunning voor onbe-
paalde tijd meer krijgen, betekent minder
zekerheid. De wet vereist echter dat ieder-
een gelijke kansen moet hebben bij het
verstrekken van een vergunning voor
standplaatsen. Als een vergunning voor
onbepaalde tijd wordt uitgegeven aan on-
dernemer A, dan kunnen ondernemer B
en C daar niet meer staan. Dat is in strijd
met het gelijkheidsbeginsel. Iedereen
moet in redelijke mate mee kunnen din-
gen naar een standplaats. Conclusie: ver-
gunningen voor standplaatsen kunnen in
het vervolg alleen voor een bepaalde peri-
ode worden vergeven, bijvoorbeeld vijf,
tien of vijftien jaar.”
Kan de wet niet veranderd worden
of is er een uitzonderingspositie
mogelijk voor de ambulante han-
del?
Bleeker-Steenstra: “Nee, ze gaan ons geen
uitzonderingpositie geven. Als het gaat
over schaarse vergunningen, praten we
bovendien niet over wetgeving in Den
Haag gemaakt. De bron is een Europese
Dienstenrichtlijn. We hebben eerst ander-
half jaar gezocht naar een mogelijkheid
om eronderuit te komen. We hebben de
case bij een professor in het Bestuursrecht
uit Leiden voorgelegd. Zij zegt ronduit: ‘Je
komt er niet onderuit. Dan moet je terug
naar Brussel en procederen kan wel twin-
tig jaar duren.’ Toen zijn we gaan kijken
waar we wel invloed kunnen uitoefenen.
Aanvankelijk hebben we het in Den Haag
geprobeerd. We hebben staatssecretaris
Mona Keijzer gesproken, die duidelijk
sympathie voor onze standpunten heeft.
Zij zegt tegelijkertijd echter: ‘Het is niet
aan Den Haag, dus ik kan niks voor jullie
doen’. Wat het allemaal extra ingewikkeld
maakt, is dat de uitvoering van de Dien-
stenrichtlijn door de afzonderlijke ge-
meenten gedaan wordt. Om het nog
complexer te maken: elke gemeente kan
de richtlijn op eigen wijze interpreteren.
Daardoor is de kans reëel dat er een wir-
war aan regels gaat ontstaan. De ene ge-
meente kan vergunningen afgeven voor
08-09-10_cvahvakavond.indd 9 20-11-19 14:09