In het advies van de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA) over paardenmarkten staan goede verbeterpunten, maar de stress voor de paarden op de markten zal er niet door verdwijnen. Dat stelt de Dierenbescherming in een eerste reactie op de publicatie van het advies van de RDA aan staatssecretaris Marijn van Dam van Dierenwelzijn.
Stressvol
De paardenmarkten zijn de Dierenbescherming al jaren een doorn in het oog. “Paardenmarkten zijn onnodig stressvol voor paarden”, zegt directeur van de Dierenbescherming Femke-Fleur Lamkamp. Al jaren voert de Dierenbescherming een strijd tegen de wantoestanden op paardenmarkten. Paarden moeten lang stilstaan, hebben geen water en drinken, raken gestrest door bijvoorbeeld een kermis in de buurt en moeten lange reizen maken van en naar de markten.
Aanscherpen
In het advies stelt de RDA voor het bestaande Protocol Welzijn Paardenmarkten aan te scherpen. Zo mogen de paarden minder lang worden vervoerd, moet er een identificatieplicht komen voor de handelaar en een betere controle naar de gezondheid van het paard bij de ingang. Daarnaast krijgen de paarden, als het aan de RDA ligt, elke twee tot vier uur water en elke zes uur ruwvoer. De RDA adviseert dat gemeenten die een vergunning geven voor een paardenmarkt het protocol opnemen in de voorwaarden.
Gemeenten
De bal ligt dus vooral bij de gemeenten, vindt de Dierenbescherming. Femke-Fleur Lamkamp: “De voorwaarden die de RDA stelt om een paardenmarkt goed te organiseren, zijn lastig te realiseren en kostbaar. Wij verwachten daarom dat er weinig gemeenten zijn die het aandurven om daar belastingcenten van hun inwoners aan te besteden.” Gemeenten die toch een vergunning voor een paardenmarkt willen geven, kunnen dat volgens de Dierenbescherming het beste doen aan de hand van het RDA-advies.